Weg uit het onderwijs

[Terugblik] Als je mij drie jaar geleden zou vertellen dat ik het onderwijs zou verlaten had ik je voor gek verklaard. Volgende week vrijdag is het dan toch zover. Ik kan het nog steeds niet geloven.

Vlak voor de zomervakantie zag ik de vacature. Ik dacht misschien dat het door de extreme drukte kwam dat mijn oog erop viel. Dat het een vlucht was. Maar na drie weken ontspannen zat de vacature nog steeds in mijn hoofd en heb ik de brief geschreven.
Leerlingen en ouders zijn inmiddels op de hoogte van mijn vertrek. Dat maakt het op de een of andere manier echter. Ruim drie maanden kon ik er niks over vertellen. Het zou alleen maar voor onrust zorgen.

Van klas 2E was ik niet alleen de wiskundeleraar maar ook de teamleider. Ik begon de les met het ze te vertellen. Ze vonden het duidelijk jammer. Dat deed mij goed, maar tegelijkertijd was dit precies de reden dat ik als een berg tegen dit moment had opgezien.

Yassin begreep het wel: “U bent alleen maar bezig met problemen oplossen, dat is niet echt leuk, meneer.”
“Nee Yassin, dat is het niet.”
“Gaat u soms meer verdienen?” Vroeg een andere leerling.
“Integendeel. Maar dat komt ook omdat ik minder ga werken.”
“Maar waarom gaat u dan weg?”
“Ja… dat is een goede vraag…”

Ik had al lang bedacht dat deze vraag zou komen, maar het antwoord dat in mijn hoofd zat komt er niet uit. Ook omdat ik wel wist dat Yassin een klein beetje gelijk had. Ik denk zomaar dat de klas het aan mij kon zien.

“Het is best een hele drukke baan, die ik nu heb.” De kinderen knikten. “Ik heb een moeder van 84 jaar en het gaat niet zo goed met haar gezondheid. Als mijn moeder hulp nodig heeft kan ik eigenlijk niet worden gemist op school. Vorig jaar moest ze worden geopereerd aan haar hart. Dan neem ik zorgverlof op, maar als ik terugkom ligt er een berg werk op mijn bureau.” Ze begrepen het. “Bovendien werk ik nu al achttien jaar voor dezelfde werkgever en is het tijd voor wat nieuws,” probeerde ik het wat luchtiger te maken. Daar trapten ze niet in. Ze konden aan mij zien dat ik het moeilijk had. Als hart onder de riem kreeg ik spontaan een applaus van de klas. Ik moest vechten tegen mijn tranen.

Mijn antwoord was eerlijker dan ik mij had voorgenomen. Maar dat past wel bij de manier waarop ik met de leerlingen omga. Ik hou erg van eerlijk en wil andersom ook dat de leerlingen eerlijk zijn tegen mij. Het was naïef van me om te denken dat het anders zou gaan.

Vanaf 1 januari werk ik bij de gemeente Purmerend als Beleidsmedewerker Jeugd en Onderwijs. Ik ben al langer geïnteresseerd in gemeentepolitiek. Sinds een paar jaar lever ik als raadscommissielid een bescheiden bijdrage aan lastige dossiers zoals de Participatiewet, de Wet Maatschappelijke Ondersteuning en de bestrijding van eenzaamheid. Machtig interessant, ik wil daar graag meer van leren.

Ik zal de leerlingen vreselijk missen. Wat héb ik van ze genoten.

Deze column verscheen eerder in onderwijsblad Bij de Les.


Reageer

Archief