Aangevallen
Ik rij in mijn auto het parkeerterrein af van de supermarkt en wil rechtsaf slaan de weg weer op. Op het moment dat ik halverwege mijn draai ben steken twee Marokkaanse jongens de weg over. Eentje ziet mij en doet een stap terug de stoep op, de andere blijft midden op de weg voor mijn auto staan en kijkt mij brutaal aan. Ik rij nog een stukje naar voren, maar hij blijft staan en begint te schelden. Het is warm in de auto, dus mijn raam staat een stukje open. Ik zeg, ga eens aan de kant, ik moet er langs. Ga zelf aan de kant, krijg ik terug. Kijk nou uit zeg ik, laat me er langs!
Hij roept: “Bitch, rot op of ik doe je wat!” Ik schrik en weet niet zo goed hoe ik moet reageren. De jongen steekt over, nog scheldend en ik rij door naar de stoplichten die een aantal meter verderop staan. Ik sta stil in de rij wachtende auto’s voor en achter me. Ik krijg ineens een heel naar gevoel en kijk achter me. De jongen komt terug lopen. In blinde paniek druk ik alle knopje’s in van alle deuren om ze op slot te zetten en draai mijn raam dicht. Het stoplicht staat nog steeds op rood. De jongen is nu bij de auto en schopt en slaat er tegenaan. Dan komt hij bij mijn deur en begint me dood te wensen en slaat met zijn vuist herhaaldelijk tegen het raam van mijn portier en mijn voorruit. Ik voel me als ik trance, heb geen idee wat ik moet doen. Ik weet nog wel dat ik de toeter ingedrukt heb en heb gehouden, maar dat niemand wat deed. Als laatste spuugde de jongen nog tegen mijn raam en liep weg. Mijn licht springt op groen, ik mag doorrijden. Is dit nou hoe je met elkaar omgaat? Mag je dan werkelijk niemand meer op een fout wijzen? Is dit nou saamhorigheid? Toen ik thuis was heb ik enorm zitten huilen. Ik kon gewoon niet geloven dat dit was gebeurt. Op advies van mijn vriend bel ik de politie, die na het aanhoren van mijn verhaal niets kon doen. Achterna bekeken had ik beter meteen 112 kunnen bellen maar ik wilde alleen maar weg. Net een goed gesprek gehad met slachtofferhulp. Ik wilde nog naar buiten, maar ik durf niet. Stond net bij m’n auto om te kijken wat de schade was, een aantal deuken en merkte dat ik met hartkloppingen om me heen aan het kijken was. Doodsbenauwd dat ik hem nog weer eens tegenkom en hij mij herkent. Hoewel er ook momenten zijn dat hij zich beter kan bergen, de volgende keer dat ik hem in mijn auto weer tegenkom… Ik mag me verheugen op een aantal dagen kans op paniek aanvallen en nachtmerries. Fijn.
FNV Jong: “Daar gaan wij nooit mee akkoord.”
“Uitgangspunt is dat jongeren over 40 jaar nog een goed pensioen hebben.” En daar gaat FNV Jong voor zorgen? “Het zou onverkoopbaar zijn dat er enorm grote risico’s worden genomen en dat jongeren straks geen pensioen hebben. Dat is onacceptabel en daar gaan wij dan ook nooit mee akkoord.”
Maar hoe doe je dat, niet akkoord gaan, als je geen gesprekspartner bent? Geen vakbond maar een netwerkorganisatie. Niemand die je serieus neemt, toch? Waar is het geluid van de ECHTE jongeren in de discussie over de pensioenen?
Spurd Leeghwaterbad
Het Spurd Leeghwaterbad is er voor iedereen, maar net iets meer voor senioren en ouders met kinderen. De laatste weken heb ik het zwembad een aantal maal bezocht. Het leek mij zomaar eens leuk om wat baantjes te zwemmen. Duikbrilletje gekocht, zwembroek onder uit de la gevist en ik ben klaar voor het avontuur. Nu nog in het programma een tijdstip vinden dat schikt. De eerste keer kies ik voor conditiezwemmen. Dat valt niet mee. “Begin maar met twaalf baantjes inzwemmen,” zegt de trainer. Ik vraag me af of ik het inzwemmen zal overleven. Daarna volgen borstcrawl met een arm, borstcrawl met de andere arm, twee slagen onder water en twee erboven, sprinten tot het trappetje, pfff, iets te pittig voor deze ongeoefende zwemmer. Bij de gecombineerde rugslag probeer ik onder water adem te halen. Ik zink nog net niet naar de bodem van het sportbad.
De volgende keer kies ik voor het rustige banen zwemmen. Maar waar zijn de baantjes? De enige manier om de overkant van het bad te halen is door te slalommen tussen de groepjes senioren door. Die zwemmen meestal niet, maar keuvelen gezellig kletsend kris kras door het warme water van het doelgroepenbad. In de enkele aparte baan die na een half uur wordt gemaakt, wordt wel gezwommen. Maar voor een gezonde Hollandse jongen is dat tempo weer veel te langzaam. En voor inhalen is te weinig ruimte.
Een alternatief in het programma is er niet. Wat in algemene zin opvalt is dat veel van de activiteiten overdag worden aangeboden. De onderdelen ‘meer bewegen voor ouderen’ en ‘BabyPeuterZwemmen’ staan dagelijks overdag geprogrammeerd. Nou is dat voor senioren en ouders met kinderen misschien geen probleem. Voor waterliefhebbers die overdag andere verplichtingen hebben is het lastiger om een passend onderdeel te vinden. Mensen die graag aan trimfitness doen of aquajoggen – aanbevolen bij hardloopblessures, ik kan er over meepraten – hebben een probleem. Dat kan alleen overdag tussen negen en tien uur. Andere activiteiten, zoals aquarobic en aquasculpture, worden slecht op enkele dagen ’s avonds aangeboden. Als het banen zwemmen dan ’s avonds ook niet echt geschikt is om banen te zwemmen, blijft er weinig ruimte over voor de wat minder geoefende sportieveling.
Deze column verscheen eerder in Dagblad Waterland.
Ilpendams talent steelt de show op Parckpop
De cliënten van de Prinsenstichting hebben geen moeite met het nog half lege veld in het Burgemeester van Oorschotplantsoen. Uit volle borst speelt de Pretband punkrocknummers van Nirvana en Pennywise. Het zorgt voor een spetterende openingsact van Parckpop 2011.
Met hulp van vele vrijwilligers wordt het Ilpendamse popfestival elk jaar een stukje mooier. Zo worden dit jaar voor het eerst de live beelden vertoond op grote schermen achterin het park. Het hoofdpodium is vergroot en de lichtshow is uitgebreid. Bijna de helft van de deelnemende bands komt uit het dorp. Hans Dekker, nestor van het festival, is daar best een beetje trots op. “Het is toch ongelooflijk dat er in zo’n klein dorp zoveel muzikaal talent rond loopt.” Van half twee ’s middags tot middernacht treden er non-stop twintig regionale bands in het park.
Het festival komt tot leven bij het optreden Blueberry Nights. De covers van onder andere Amy Winehouse en Norah Jones worden vrijwel perfect neergezet. De zangeres heeft een mooie stem en is bovendien in staat de nummers over te brengen op het publiek.
De zon schijnt en hier en daar vleien mensen neer in het gras op zelf meegenomen kleedjes. De gezellige ongedwongen sfeer, die kenmerkend is voor Parckpop, zit er al vroeg in. Als de Amsterdamse band Tess and The Chiefs beginnen aan hun optreden is het veld inmiddels behoorlijk volgestroomd. Zelfs achteraan het festivalterrein valt de zang op van singer-songwriter, Tess. Van dichter bij wordt duidelijk dat het hier om een bijzonder gezelschap gaat. De mannelijke vocalist is de tweelingbroer van Tess en heeft een uniek geluid. De jazzy nummers liggen aangenaam in het gehoor. De jeugdige band swingt van begin tot eind. Hot Dang Dilly brengt heuse rock ’n roll. Niet de platgedanste evergreens maar wel herkenbare klassiekers van Elvis, Johnny Cash en Buddy Holly. De energie spat er van af en het publiek reageert door te dansen. De Ilpendamse band Sticky Notes beleeft een super debuut op Parckpop. Zangeres Stephanie Dekker heeft een prachtig stemgeluid dat zeer geschikt is voor de trendy nummers van Amy MacDonald en Lilly Allen. Het publiek is er dol op. Het is moeilijk voor te stellen dat deze band nog maar een half jaar samen speelt.
Parckpop gaat bruisend de zwoele avond in. Afsluiter van het festival is traditiegetrouw de Ilpendamse band Hansie & The Young Ones.
Dit artikel verscheen eerder in Dagblad Waterland.
De mol
Ik heb een mol vermoord. Hij zat verstrikt in het kunststof gaas dat we ongevraagd in de graszoden meegeleverd kregen. Gisteren moet hij ergens in het midden zijn opgedoken. Een kleine donkere scheur in het groene gras verraadde dat. Kater Joep ging er mee aan de haal en in een ultieme poging wist mijn vrouw hem ervan te overtuigen dat ook het leven van een mol de moeite waard is. In verwarring liet Joep los en meneer mol dook onder, gillend van angst, tussen de planten, in de border naast het gazon. Hij moet vannacht heimwee hebben gekregen naar het gras. Vanmorgen tijdens de afwas zag ik door het keukenraam Joep en Karel (broertje van) dansen rondom een molshoop die maar geen molshoop wilde worden. De katers hielpen de mol enthousiast met het omploegen van het gazon. Het was niet om aan te zien. Mijn mooie gazon, waar ik zoveel noeste arbeid, aandacht en kunstmest aan heb geschonken, in een ochtend geruïneerd. De mol martelende mazen van het net zorgden ervoor dat meneer mol geen kant meer op kon. Wat hij ook ploeterde en ploegde, hij kon niet voor of achteruit. Ik kreeg hem niet te pakken, zelfs niet met hulp van Joep en Karel. En toen, met een genadeloze uithaal van de spade, heb ik hem uit zijn lijden verlost. Onder de grond, door midden gekliefd. Rust zacht Albert, Momfer, of hoe je ook heette…
Maar de mol dacht daar anders over en ploeterde dapper verder. Zelfs na zes welgemikte moordpogingen met de scherpe schep. Als Joep hem niet te pakken krijgt, leeft hij nog lang en gelukkig. Dat heeft hij dan wel verdiend.
Robot vliegt als vogel. Bizar!
De mens probeert al sinds de oudheid te vliegen als een vogel. Merkwaardige fascinatie door de eeuwen heen. Icarus en de engelen deden het, maar een bewijs daarvan ontbreekt. De Chinezen probeerden het 1000 jaar voor Christus met een grote vlieger die een mens kon dragen. Aardig, maar het lijkt nog steeds niet op vliegen als een vogel. Ook het moderne jetpack komt daar niet bij in de buurt. Leonardo Da Vinci heeft zijn hersens flink laten kraken maar moest uiteindelijk concluderen dat het niet zou lukken om met vleugels als een vogel te vliegen. Wel ontwierp hij de voorloper van de hedendaagse helikopter. De gebroeders Wright lukte het uiteindelijk in 1903 om een vliegmachine de lucht in te krijgen. Maar ook die vliegsensatie komt nog altijd niet in de buurt van het gevoel zo vrij te zijn als een vogel. En dan dit…
Boos!
Met een kopje koffie in de hand zit ik aan het begin van deze donderdagochtend het nieuws op nu.nl door te bladeren. Het inmiddels al standaard nieuws van de economische crisis met een sarcastische grijns voorbij bladerend, valt mijn oog op de volgende kop: ‘Helft in bijstand kan werken’. LINK.
De plannen die Minister de Krom heeft raken, zoals gewoonlijk, weer kant nog wal.
Iedereen die kan werken, moet werken. Nu is de definitie van ‘kunnen werken’ van het kabinet vaak, als je je aan kunt kleden, kun je werken. Of je nou een gezin hebt of zelfs het gore lef er een sociaal leven op na te houden boeit niet. Natuurlijk zit er een percentage mensen in de bijstand die misschien wel kan werken. Maar ik heb met moeite een slok koffie kunnen inslikken als ik lees dat bovengenoemde Minister vanaf 2013 ook een groot deel van de mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking wil laten vallen. Laten vallen. Het staat er echt. En zo voelt het ook.
Want jah, daar kom ik weer, ik ben zo een iemand met een lichamelijke beperking.
En de frustraties die nu weer boven komen drijven heb ik al meerdere malen moeten doorvoelen in bijvoorbeeld gesprekken met het UWV. Er word gezegd, als je de telefoon op kunt nemen, kun je dit ook op een andere plek doen, de hele dag door. Naar randvoorwaarden wordt niet gekeken. Vervoer, pauzes, vaker ziek zijn en andere aanpassingen zijn het pakje aan van de werkgever of de werknemer en niet van het UWV. Daar wordt geen rekening mee gehouden in de beoordeling. En daar knijpt het hem nou juist voor velen met mij.
Ze willen ook gaan bezuinigen op de re-integratiemiddelen. Ze kunnen beter eens gaan kijken bij de re-integratiebedrijven die dit geld krijgen. Want daar gaat een hoop mis! Heb er zelf ook al redelijk wat ervaring mee, ik heb duidelijk een verkeerd ‘vak’ gekozen.
En dan, het klapstuk: en ik quote: “Om werken lonender te maken, komt er ook een toets op het inkomen van een heel huishouden voor het krijgen van bijstand. Nu wordt alleen gekeken naar iemands vermogen en het inkomen van diens partner. Straks tellen ook de inkomsten van een meerderjarig inwonend kind mee.”
Wel godsgloeiende tering zeg! Dus als mijn 18 jarige, inwonend kind straks een bijbaantje heeft om zijn studie te bekostigen, wordt mijn uitkering gekort omdat mijn kind een inkomen heeft? Het kind wat ‘moet’ werken omdat het waarschijnlijk te weinig studiefinanciering heeft? Wat overigens wordt berekend op het inkomen van de ouders… Snapt u hem nog? Minder stufi omdat verwacht wordt dat pap en mam wel meebetalen en dan hoppa, de uitkering van mam korten omdat kindlief een bijbaan heeft. Hoe stimuleer je een kind zelfredzaam te zijn? Niet zo!
Een kind HOORT niet te werken voor z’n ouders, een kind hoort te werken om zichzelf te kunnen redden en op eigen benen te kunnen staan!
Had ik geen verantwoordelijkheden ging ik m’n geluk elders beproeven…
En ondertussen wil ik nog steeds mijn eigen praktijk… Heb nog niets van het UWV gehoord…